Nederlands vs Vlaams: Belgisch Nederlands voor dummies

Nicolas Chartier
15/10/2025
5 min leestijd
Nederlands vs Vlaams

Zeg maar dag tegen je Nederlandse copywriter als je Vlaanderen wil veroveren met een tekst die het over 'lekker' heeft en iets 'gezellig' noemt. Want wat ten noorden van de grens enthousiasme opwekt, valt ten zuiden ervan op een koude steen. En nee, het gaat hier niet alleen over frietjes versus patat.

Ontdek onderaan deze blogpost een uitgebreide woordenlijst met de belangrijkste verschillen tussen de standaardtaal in Nederland en België, of lees verder om te ontdekken waarom die verschillen zo belangrijk zijn. Hulp nodig met de aanpassing van je teksten naar het Belgisch Nederlands of omgekeerd? Neem contact op met onze copywriters!

Belgisch Nederlands of Vlaams?

Je hoort mensen weleens zeggen dat ze 'Vlaams' spreken. Technisch gezien bestaat Vlaams niet als officiële standaardtaal. Wat we in België spreken, is Nederlands. Vlaams is eerder een verzamelnaam voor de Vlaamse dialecten en regiolecten, zoals West-Vlaams of Antwerps.

In de praktijk gebruiken veel Belgen het woord 'Vlaams' als ze het over Belgisch Nederlands hebben, en ‘Hollands’ als ze Nederlands Nederlands bedoelen. Een beetje zoals Britten 'British English' zeggen om zich te onderscheiden van 'American English'.

Officieel heet het dus Belgisch Nederlands, maar begrijp dat wanneer een Belg zegt "Wij spreken Vlaams", hij vaak bedoelt: "Wij spreken Nederlands op onze eigen manier." En die eigen manier, daar draait het allemaal om.

Waarom zou je überhaupt het verschil moeten kennen?

Goeie vraag. Immers, iedereen verstaat elkaar toch prima? Technisch gezien wel, ja. Maar communicatie gaat verder dan louter begrijpen. Het gaat om gevoel. Om herkenning. Om vertrouwen.

Neem het woordje 'lekker'. Voor een Nederlander is alles lekker: lekker warm, lekker zitten, lekker belangrijk, lekker bezig. Voor een Belg daarentegen heeft 'lekker' één betekenis: iets dat smaakt. Punt. Je kunt in België niet 'lekker zitten'. Je zit comfortabel. Of gewoon goed. Maar niet lekker, want je stoel is geen koekje.

Deze ogenschijnlijk kleine verschillen maken het verschil tussen een merk dat lokaal voelt en een merk dat lomp overkomt. Tussen conversie en doorscrollen.

Lokalisatie is geen luxe, maar een mindset

Veel bedrijven maken de fout om te denken dat lokaliseren vooral betekent: euro's in plaats van dollars, kilometers in plaats van mijlen. Maar dat is slechts de eerste stap. Stap 2 twee is begrijpen dat je publiek andere woorden gebruikt voor dezelfde dingen. En stap 3 drie – de meest subtiele maar meest belangrijke – is snappen dat ze zelfs anders denken.

Belgen zijn over het algemeen wat gereserveerder in hun taalgebruik. Ze zijn doorgaans minder direct, iets formeler, en houden niet van al te uitbundige claims. Waar een Nederlander schreeuwt "De beste ter wereld!", zegt een Belg liever "Eén van de betere keuzes". Dit is niet zomaar valse bescheidenheid, het is een kwestie van geloofwaardigheid. Belgen zijn wars van overdrijven. Een claim moet kloppen, anders verliezen ze hun vertrouwen.

Nederlandse teksten zijn vaak korter, directer, informeler. Er wordt geschermd met pakkende oneliners, er wordt 'jij' gezegd tegen iedereen, en de toon is luchtig. Dat werkt in Nederland uitstekend. Maar in België kan diezelfde aanpak soms als te opdringerig overkomen. Niet altijd, maar wel vaker dan je zou denken.

Belgen waarderen iets meer nuance. Dat wil niet zeggen dat je saai moet schrijven of opeens moeilijke woorden moet gebruiken. Integendeel.

Woordgebruik: hetzelfde maar anders

De lijst met woordverschillen tussen Nederland en België is eindeloos. Sommige zijn algemeen bekend (friet vs patat, zetel vs bank), andere blijven onder de radar tot het te laat is. Onderaan deze pagina vind je heel wat verschillen. En die lijst is slechts het topje van de ijsberg.

Het gaat trouwens niet alleen om losse woorden, maar ook om uitdrukkingen, spreekwoorden en zelfs grammaticale voorkeuren. Belgen gebruiken bijvoorbeeld vaker het voltooid deelwoord in bepaalde constructies, terwijl Nederlanders liever de infinitief kiezen.

Waarom dit belangrijk is voor jouw merk

Als je een internationaal merk bent dat in beide landen actief is, kun je er niet onderuit: je hebt twee versies van je copy nodig. Niet omdat Vlamingen het Nederlands niet zouden begrijpen. Maar omdat ze zich niet herkend voelen. En herkenning is de heilige graal van goede communicatie.

Een merk dat de moeite neemt om Belgisch Nederlands te schrijven, betuigt respect. Het toont aan dat je de markt serieus neemt. Dat je niet denkt: "Ach, ze spreken toch ook Nederlands, dan zullen ze het wel begrijpen." Want dat ervaren Vlamingen als arrogantie. En terecht.

Bovendien verbetert Belgisch-Nederlandse copy je conversies. Bezoekers blijven langer op je site, klikken vaker door, en voelen zich sneller thuis. Want niks is leuker dan een tekst die klinkt alsof hij speciaal voor jou geschreven is. En niks is irritanter dan een tekst die voortdurend net een beetje naast de plank slaat.

De valkuil van automatische vertaling

"Kunnen we niet gewoon Google Translate of ChatGPT gebruiken?" Nee. Automatische vertaling werkt prima vcoor heel wat teksten. Maar voor kwalitatieve merkgebonden communicatie schiet het tekort.

Ten eerste herkent AI het verschil tussen Nederlands en Belgisch Nederlands niet altijd. Het ziet het als één taal. Ten tweede mist AI nuance. Het begrijpt niet dat 'lekker' in België alleen over smaak gaat. Het weet niet dat 'gezellig' voor een Belg als ouderwets en een tikje tuttig klinkt.

Lokalisatie vraagt om een copywriter die beide markten kent. Die niet alleen de woorden beheerst, maar ook de culturele subtiliteiten. Die weet dat Belgen iets gereserveerder zijn. Die aanvoelt wanneer een grapje in Nederland werkt maar in België niet.

De kunst van de middenweg

Soms is het praktisch onmogelijk om twee versies van je copy te maken. Budget, tijd, of gewoon een gebrek aan mankracht. In dat geval moet je kiezen voor een middenweg. Dat betekent: vermijd de uitgesproken Nederlandismen en Belgicismen, en schrijf zo neutraal mogelijk. Kies woorden die in beide landen werken. Gebruik 'aangenaam' in plaats van 'gezellig'. En hou het algemeen, zonder te veel informele kreten.

Het nadeel? Je verliest zo een beetje pit. Je copy wordt iets saaier, iets minder scherp. Maar het voordeel is dat je niemand voor het hoofd stoot. En dat is beter dan de helft van je doelgroep vervreemden met een tekst die net iets te Nederlands klinkt.

Toch blijft lokalisatie altijd de betere keuze. Want de beste copy is copy die voelt alsof hij voor jou geschreven is. En dat lukt alleen als je de taal van je publiek spreekt. Niet letterlijk. Maar wél figuurlijk.

Wanneer moet je lokaliseren?

Niet elke tekst verdient een Belgische variant. Een persbericht over kwartaalcijfers kan best in neutraal Nederlands. Maar zodra je jezelf richt op je doelgroep – op je website, in advertenties, in e-mailmarketing, op social media – moet je de knoop doorhakken. Wil je beide markten bereiken? Dan heb je twee versies nodig. Of je kiest voor neutrale copy, met alle compromissen van dien.

De regel is eenvoudig: hoe dichter je bij de klant komt, hoe belangrijker lokalisatie wordt. Een productpagina? Lokaliseer. Een nieuwsbrief? Lokaliseer. Een Instagram-post? Lokaliseer. Een juridische disclaimer? Kan waarschijnlijk wel in neutraal Nederlands.

Respect voor de lezer

Het verschil tussen Nederlands en Belgisch Nederlands is dus niet zomaar een detail voor taalpuristen. Het is een kwestie van respect. En van slimme marketing.

Om je op weg te helpen, vind je hieronder een uitgebreide woordenlijst met de belangrijkste verschillen. Wil je helemaal zeker zijn? Neem dan contact op met onze Vlaamse copywriters voor een eindredactie of herwerking van je tekst.

Een freelance copywriter nodig?

Onze freelance copywriters staan klaar om je te helpen met je volgende opdracht. Of je nu boeiende webteksten, pakkende advertenties, informatieve brochures of meeslepende artikelen nodig hebt, we hebben de juiste woorden om je boodschap over te brengen.